Tekst 24 november 2020
Foto Rob Poelenjee

Reclame maken voor gezondheid

Met de reeks ‘De Omgevingsdialoog’ staan we stil bij de uitdagingen en kansen die de Omgevingswet biedt in de regio. Hier zijn omgevingsdiensten, gemeenten, provincie en hun samenwerkingspartners hard aan het werk om invulling te geven aan het werken met de wet. Dit keer gaan Emmy Meijers (algemeen directeur Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied), Ludmilla Kobes (directeur Regionale Uitvoeringsdienst Zuid-Limburg), Lea Janssen (beleidsadviseur GGD Zuid Limburg), Sandra Akkermans (adviseur milieu en gezondheid GGD Zuid Limburg) en Ferdinand Strijthagen (Directeur GGD Zaanstreek-Waterland) met elkaar in gesprek over het thema gezondheid en de Omgevingswet.

De Omgevingsdialoog

De reeks ‘De Omgevingsdialoog’ belicht de onderlinge samenwerking tussen omgevingsdiensten, gemeenten, provincie en andere samenwerkingspartners binnen de regio. Dit wordt gedaan via informele ‘rondetafelgesprekken’. Omgevingsdiensten en hun partners bespreken de kansen en uitdagingen die de komst van de Omgevingswet met zich meebrengt. De producten en diensten van omgevingsdiensten komen aan bod, gekoppeld aan concrete voorbeelden.

Foto Ludmilla Kobes RUD Z-Limburg.jpg
Ludmilla Kobes, directeur Regionale Uitvoeringsdienst Zuid-Limburg

Elkaars visie leren kennen

Als blijkt dat alle dialoogdeelnemers in Limburg hebben gewoond, is het ijs al snel gebroken. Ludmilla begint de dialoog door te vertellen hoe de Regionale Uitvoeringsdienst (RUD) en de GGD op dit moment samenwerken in Zuid Limburg. ‘‘De GGD, de veiligheidsregio en de RUD zijn allemaal kennisinstituut op hun eigen terrein. Maar we proberen zoveel mogelijk samen te communiceren naar gemeenten en de provincie. Zo zorgen we dat alle aspecten die van belang zijn voor omgevingsplannen en beleid worden meegenomen. We organiseren daarnaast sinds 2016 gezamenlijk voorlichtingen en bijeenkomsten in onze regio. De laatste tijd gaan die vooral over de Omgevingswet.’’ Om op de hoogte te blijven van elkaars kennis en standpunten, komen de GGD en RUD regelmatig bij elkaar, vult Sandra aan. ‘’We behandelen dan onderwerpen als asbest, geluid en intensieve veehouderij. Zo leren we elkaars visie daarop kennen. Dat is heel waardevol.’’

Foto Lea Janssen en Sandra Akkermans GGDZL
Lea Janssen en Sandra Akkermans, GGD Zuid Limburg
Emmy Meijers
Emmy Meijers, inmiddels voormalig algemeen directeur Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied

Niet reactief, maar proactief

De Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied werkt in de regio samen met GGD Zaanstreek-Waterland, GGD Amsterdam-Amstelland en GGD Kennemerland. Emmy: ‘‘Sinds we met de Omgevingswet te maken hebben, zie ik dat we elkaar veel proactiever opzoeken. Eerst kwamen we bij elkaar als er een klacht of probleem was, nu werken we aan de voorkant ook samen. We geven bijvoorbeeld samen voorlichtingsavonden. We zijn dus van reactief naar proactief handelen gegaan.’’ Ferdinand is het daarmee eens: ‘’De GGD en de Omgevingsdienst hebben dezelfde missie: een gezonde leefomgeving. We hebben ook ten dele dezelfde opdrachtgevers: de gemeenten en provincies. Het is dus belangrijk dat we dezelfde taal spreken en dezelfde visie hebben. We hebben daarom afspraken gemaakt over de manier waarop we samenwerken. We wachten niet totdat iets gebeurt, maar overleggen al veel meer aan de voorkant.‘’

Ferdinand Strijthagen
Ferdinand Strijthagen, Directeur GGD Zaanstreek-Waterland

Gezondheid moet vanzelfsprekend worden

In beide regio’s is dus al regelmatig contact tussen de omgevingsdiensten en de GGD. Met de komst van de Omgevingswet zal dat contact nog intensiever worden. De Omgevingswet dwingt gemeenten namelijk om meer aandacht te besteden aan gezondheid in de omgeving. Zij zullen in de toekomst dan ook meer gebruik moeten maken van de kennis van de GGD en de omgevingsdiensten. Ferdinand: ‘‘Eigenlijk moet het een vanzelfsprekendheid worden bij de gemeenten dat zij gezondheid in al hun planontwikkelingen meenemen. Die vanzelfsprekendheid is er nog niet helemaal.’’

Het is ook belangrijk dat gemeenten leren wat er allemaal onder gezondheid valt, benoemt Lea: ‘’Mensen denken vaak aan ziekten, maar het gaat ook over bewegen, ontmoeten, veiligheid en eenzaamheid.’’ Sandra: ‘’Wij hebben checklists gemaakt voor de gemeente: als dit of dat speelt, kun je ons inschakelen.’’ Emmy: ‘’Een voorbeeld van een meer proactieve samenwerking in de toekomst is als de GGD, OD en gemeenten samen actief aan de slag gaan om oplossingen te vinden voor de verbeteringen van de leefomgeving in slechtere wijken.’’ Het is eigenlijk de omgekeerde wereld, vindt Emmy: ‘’Wij lobbyen nu bij gemeenten over de gezondheid van hun burgers. Gemeenten zouden ons hier proactiever over kunnen benaderen.’’ Ludmilla is voorzichtig met haar enthousiasme over de rol van gezondheid in de Omgevingswet. ‘’De Omgevingswet zet gezondheid inderdaad meer op de voorgrond, maar er zijn ook nog steeds andere belangen die de gemeente moet afwegen. Economie bijvoorbeeld.’’ Emmy beaamt dat: ‘‘Het blijft een afweging, maar we zitten wel beter aan tafel dan een paar jaar geleden.’’

"De Omgevingswet zet gezondheid inderdaad meer in de voorgrond"

Reclame maken

Het kan gemeenten veel winst opleveren als ze de GGD en de omgevingsdienst mee laten denken bij plannen en beleid, benoemt Ferdinand. Steeds meer gemeenten in Zaanstreek-Waterland krijgen dat door, maar dat duurde wel even: ‘’We hebben een beetje reclame moeten maken voor de GGD, maar we zien nu dat gemeenten proactiever worden en ons veel eerder in planontwikkeling betrekken. Wij hebben hier in de regio bijvoorbeeld het Hembrugterrein. Dat is een groot, nieuw te ontwikkelen gebied. Het is een oud industrieterrein waar nu ook nieuwe bedrijven en woningen worden gebouwd. Wij adviseren als GGD samen met de omgevingsdienst en de veiligheidsregio over de inrichting van dat terrein.’’ Emmy: ‘’Geluid en lucht spelen daar een belangrijke rol, want het gebied ligt tegenover de haven van Amsterdam.’’

"Geluid en lucht spelen daar een belangrijke rol, want het gebied ligt tegenover de haven van Amsterdam.’’

In Zuid Limburg valt nog wel wat winst te behalen als het gaat om betrokken worden bij plannen van de gemeenten, vertelt Lea: ‘‘We worden als GGD wel regelmatig door de grote gemeenten in onze regio gevraagd om plannen door te nemen, maar de kleine gemeenten blijven nog een beetje achter in het stellen van vragen.’’ Ferdinand herkent dat: ‘’Kleine gemeenten zijn soms nog niet eens toegekomen aan de vraag wat de Omgevingswet voor hen betekent.’’ Sandra: ‘’Ik herken het reclame maken-verhaal van Ferdinand ook. We werken er als GGD en RUD hard voor om gemeenten te laten inzien waarbij wij kunnen helpen. Maar we zitten nog weleens met gemeenten om tafel die geen idee hebben van wat wij vanuit de ruimtelijke ordening voor ze kunnen betekenen.’’ Ferdinand: ‘’Inderdaad! Waar wij als GGD en Omgevingsdienst al veel meer in de proactieve stand zitten, moeten we soms wat zendingswerk doen bij de gemeenten. We halen hierbij de ‘schotjes’ tussen de afdelingen weg. Waar de ene afdeling heel goed weet wat wij voor ze kunnen betekenen, heeft de ander geen idee.’’ Ludmilla vult aan: ‘’Toen wij de netwerken van de GGD en RUD met elkaar vergeleken, kwamen we erachter dat we heel andere aanspreekpunten hebben binnen de gemeente.’’ Toch is er ook goed nieuws, vindt Ferdinand: ‘‘Ik vind het fijn om te merken dat we echt al aan het voorsorteren zijn op de implementatie van de Omgevingswet."

"We hebben al goede voorbeelden waarmee we aan de burgers en gemeenten kunnen laten zien hoe we samenwerken en welke meerwaarde dat heeft. Dat is belangrijk, want als wij als uitvoeringsorganisaties niet laten zien dat het werkt, heb je aan een Omgevingswet ook niets. We moeten laten zien waar onze samenwerking effect heeft. Op die manier denk ik dat we echt al bezig zijn met het in praktijk brengen van de wet.’’

"Als we meer aan preventie doen, wapenen we ons beter tegen virussen als het coronavirus.’’

Betere bescherming tegen pandemie

Het coronavirus heeft nog maar eens extra duidelijk gemaakt hoe belangrijk een gezonde levensstijl en leefomgeving zijn voor onze gezondheid. Voor omgevingsdiensten is het effect dat nu goed zichtbaar is wat de invloed van menselijk gedrag op milieu en gezondheid is, benoemt Ludmilla. Is er iets dat de organisaties samen kunnen doen om de leefomgeving zodanig te verbeteren dat we in de toekomst beter bestand zijn tegen een pandemie als het coronavirus? Ludmilla: ‘’Uit onderzoeken blijkt een relatie tussen slechte luchtkwaliteit en verspreiding van het coronavirus. Wij als omgevingsdiensten kunnen er in de eerste plaats extra op letten dat de normen voor luchtkwaliteit overal worden nageleefd. Maar de grootste winst zit in de geestelijke en lichamelijke gezondheid.’’ Emmy: ‘’Dat pleit ervoor om aan de voorkant meer aan preventie te doen.’’ Sandra: ‘’Zeker, want gezondheidsbescherming is belangrijk, maar gezondheidsbevordering ook. Gezond eten, genoeg bewegen: ik hoop dat dat door de Omgevingswet meer gestimuleerd wordt. Als we meer aan preventie doen, wapenen we ons beter tegen virussen als het coronavirus.’’