Cathelijn Peters, directeur van Aan de slag met de Omgevingswet, en Majola Boogmans, programmamanager Omgevingswet bij de VNG, werken zij aan zij aan de implementatie van de Omgevingswet. Welke stappen zijn afgelopen jaar gezet? Wat zijn – met de inwerkingtredingsdatum van 1 juli 2022 in zicht – de uitdagingen voor de komende tijd? En hoe gaan we met de wet aan de urgente maatschappelijke opgaven werken? Eén ding is zeker: alleen samen komen we verder.

Cathelijn Peters
Cathelijn Peters, directeur van Aan de slag met de Omgevingswet
Majola Boogmans
Majola Boogmans, programmamanager Omgevingswet bij de VNG

Een nieuw jaar, een nieuw begin. Maar eerst even terugblikken op vorig jaar. Wat is er in 2021 bereikt?

Cathelijn: ‘Ik ben er vooral trots op dat gemeenten, provincies, waterschappen en het Rijk steeds intensiever samenwerken aan de implementatie van de wet. Inmiddels houden we ook bestuurlijk maandelijks de vinger aan de pols. Wat gaat goed? Wat kan beter? En welke zorgen spelen er? Natuurlijk schuurt het weleens. Zo heeft iedereen zijn eigen achterban met eigen wensen en zorgen. Maar we weten tegelijkertijd dat we met z’n allen hetzelfde doel hebben: ervoor zorgen dat we vanaf 1 juli met de wet kunnen werken.’

Majola: ‘Samenwerken betekent ook dat je problemen bespreekbaar maakt. En met elkaar naar oplossingen zoekt.’

‘Samenwerken betekent ook dat je problemen bespreekbaar maakt. En met elkaar naar oplossingen zoekt.’

Cathelijn: ‘Een tijdje terug bleek bijvoorbeeld dat het Digitaal Stelsel Omgevingswet, het DSO, kan haperen als er tegelijkertijd veel geometriebestanden worden aangeboden. Dan kun je zeggen: het is jouw schuld, regel jij het maar. Maar daar bereik je weinig mee. We werken immers in een keten. Daarom hebben we een gezamenlijke taskforce met specialisten van alle betrokken partijen – de DSO-organisatie, overheden, softwareleveranciers – in het leven geroepen. In nauw overleg zoeken zij naar oplossingen, zodat iedereen deze geo-bestanden kan uploaden in het DSO.’

Majola: ‘Hoe meer we oefenen met het stelsel, hoe meer we ook stuiten op zaken die we vooraf niet hadden bedacht. Zaken die misschien tot knelpunten kunnen leiden. Het is belangrijk dat we hier steeds adequaat op inspelen, met een gerichte aanpak. De geo-taskforce is hier een goed voorbeeld van.’

Majola Boogmans en Cathelijn Peters

Welke stappen zijn nodig richting 1 juli 2022, de inwerkingtredingsdatum van de wet?

Majola: ‘Er moet een stabiel digitaal stelsel zijn. Daar wordt aan gewerkt, maar we hebben ook nog wat hobbels te nemen met elkaar. Daarnaast is het, om tot snelheid van ontwikkeling te komen, zaak dat we praktijkervaring opdoen met de wet. Voor de uitvoeringspraktijk is het van belang dat de beleidsmedewerker weet hoe hij plannen kan toetsen, het college weet waarover het kan beslissen en de raad weet waarop hij invloed kan uitoefenen.’

‘Begin gewoon met oefenen. Begin klein. En vraag hulp.’

Cathelijn: ‘Cruciaal hierbij: begin gewoon met oefenen. Begin klein. En vraag hulp. Bijvoorbeeld aan collega-overheden of de Regionale Implementatiecoaches Omgevingswet, de RIO’s. Kortom: ga samen ontdekken hoe je met de Omgevingswet kunt werken. Daar leer je het meeste van. Neem de gemeente Hengelo, de winnaar van de Aan de slag-Trofee 2021. Met 18 medewerkers werkten zij 10 dagen fulltime aan een deel van het omgevingsplan. En kwamen er zo achter wat daar allemaal bij komt kijken.’

Majola: ‘Of kijk naar de regio Rijnmond, waar gemeenten en ketenpartners gewoon nu al met elkaar om tafel zijn gegaan om te onderzoeken hoe ze een complexe vergunning binnen 8 weken kunnen afhandelen. Leren door doen – dat werkt het beste.’

Hoe gaan we met de wet aan de maatschappelijke opgaven van deze tijd werken?

Majola: ‘Door alle aandacht voor het DSO zouden we bijna vergeten waarom we de Omgevingswet hebben. Het DSO is, naast de wetgeving, maar een onderdeel van de invoering van de wet.’

‘Met de wet kunnen we voortvarender aan de belangrijke maatschappelijke opgaven werken. Denk aan de woningbouwopgave, de energietransitie, klimaatadaptatie en de bescherming van de natuur. Daarbij is vooral de juiste mindset belangrijk. Opgaven aan elkaar koppelen en de samenwerking opzoeken.’

‘Met de wet kunnen we voortvarender aan de belangrijke maatschappelijke opgaven werken.'

Cathelijn: ‘Die opgaven vragen om de integrale aanpak en manier van samenwerken van de Omgevingswet. Zo kunnen we in ons kleine en overvolle land niet zomaar overal woningen neerzetten. Daar moeten we echt met elkaar over in gesprek. Wat werkt waar het beste? Als je een locatie voor woningbouw bepaalt, moet je bijvoorbeeld ook rekening houden met klimaatverandering. Of ervoor zorgen dat woningen meteen klimaatadaptief worden gebouwd.'

'Vergeet ook de energietransitie niet. Maken we nieuwe wijken bijvoorbeeld direct energieneutraal? En zorgen we wel voor voldoende woningen voor verschillende soorten bewoners? Zo zal de ene gemeente behoefte hebben aan kamers voor studenten, terwijl een andere stad juist meer heeft aan kangoeroewoningen of zogeheten knarrenhofjes voor ouderen. Aan overheden de uitdaging om dit soort keuzes te maken. En te verankeren in omgevingsvisies en -plannen.’

Majola: ‘De complexiteit van de maatschappelijke opgaven vraagt ook om flexibiliteit en wendbaarheid. Met de Omgevingswet kunnen we hier eenvoudiger en beter op inspelen. Het gaat over denken in mogelijkheden. De maatschappij wordt namelijk steeds dynamischer en mensen willen meedenken over hun leefomgeving. In Den Bosch bijvoorbeeld waren op korte termijn nieuwe huizen nodig. De gemeente kwam toen met een creatieve oplossing: 700 flexwoningen in 2022.’

Majola Boogmans en Cathelijn Peters
Majola Boogmans en Cathelijn Peters

‘Ook na 1 juli zal het, net als nu, een bumpy road blijven'

Hoe ziet de periode na de inwerkingtreding van de wet eruit?

Majola: ‘Ook na 1 juli zal het, net als nu, een bumpy road blijven. We zullen ongetwijfeld dingen blijven tegenkomen die nog niet perfect werken. En we moeten daarover in gesprek blijven. Gelukkig hebben we nog even om alles te finetunen. Zo hebben gemeenten tot 2029 de tijd om aan hun omgevingsplannen te werken.’

Cathelijn: ‘De inwerkingtreding is dan ook geen punt, maar een komma. Over een half jaar gaan we pas echt van start. En brengen we de wet – als één overheid en in samenwerking met inwoners en bedrijven – van de tekentafel naar de werkelijkheid. Dat is best spannend.'

Een wet kun je opstellen en het DSO kun je bouwen, maar de cultuurverandering die bij de Omgevingswet hoort, vraagt om de langste adem.