Foto Remco Zwinkels

Tijdens de Implementatiedag Omgevingswet van 27 september jl. spraken we Marjolein Jansen, sinds 1 september programma-directeur-generaal Ruimtelijke Ordening bij het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Vanuit deze functie is zij verantwoordelijk voor het programma Aan de slag met de Omgevingswet. We spraken haar nogmaals nadat op 14 oktober bekend werd dat de inwerkingtreding niet voor 1 juli 2023 plaats zal vinden. Wat ziet zij als de grootste uitdaging? Wat moet er volgens haar nog gebeuren om de wet succesvol in te voeren?

Portretfoto van Marjolein Jansen
Marjolein Jansen, Programma-directeur-generaal Ruimtelijke Ordening bij het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Wie is Marjolein Jansen?

Drs. M.H.T. (Marjolein) Jansen woont aan boord van een schip, waar ze zo duurzaam mogelijk probeert te leven. Voordat zij directeur-generaal werd, was ze lid van de raad van bestuur van het Kadaster. Daarvoor was zij onder andere vicevoorzitter van het college van bestuur van de Vrije Universiteit in Amsterdam en plaatsvervangend secretaris-generaal bij het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Ze studeerde Bestuurskunde aan de Rijksuniversiteit Leiden en de Erasmus Universiteit Rotterdam en Milieukunde aan de Rijksuniversiteit Leiden met speciale aandacht voor de implementatie van de Wet Milieubeheer. Daarnaast heeft Marjolein een brede ervaring binnen het openbaar bestuur met digitaliseringsopgaven. 

U bent niet onbekend met de Omgevingswet. Hoe bent u hier als DG in beland?

‘Vanuit mijn functie bij het Kadaster, waar ik vanaf oktober 2019 werkte, was ik al betrokken bij de Omgevingswet als een van de verantwoordelijke bestuurders voor de operationele beheerders, de OBO (Operationeel Beheer-Organisaties). Voor mijn studie ben ik afgestudeerd op de implementatie van de Wet milieubeheer, dus ook daar zit al een vroege ervaring met de implementatie van een meer integrale wetgeving. Het was toen al een grote slag om vanuit alle sectorale milieuwetgevingen naar één integrale milieuwet te gaan. Ik vind het mooi om nu terug te keren in dit veld met zo ongeveer de grootste naoorlogse wetgevingsoperatie en uitvoeringsklus in de fysieke leefomgeving.’ 

‘Persoonlijk heb ik wel even na moeten denken over deze stap in mijn carrière. Want het is best een uitdaging om als DG ‘in te vliegen’ op zo’n laat moment in het proces. Maar als ik op deze wijze een bijdrage kan leveren aan een beter Nederland voor alle inwoners - met de kennis en ervaring die ik heb, met het besturen van ingewikkelde processen, ketendigitalisering en de passie en het gevoel met het werkveld - dan kan ik daar geen ‘nee’ tegen zeggen. Het voelt voor mij als de kans om de bedoeling van de Omgevingswet en de uitvoering die hier mee aan de slag gaat te belichten. Daar zit voor mij de passie.’ 

In deze video legt Marjolein Jansen uit dat we aan de vooravond staan van de implementatie van een grote Omgevingswet, die heel veel vraagstukken rond het fysieke leefomgevingsdomein bij elkaar brengt en tegelijkertijd ook aan de vooravond van nieuw leren.

NB: deze video is opgenomen tijdens de implementatiedag. Op dat moment moest het besluit over uitstel van de inwerkingtreding op 1 januari 2023 nog worden genomen.

(Het logo van Aan de slag met de Omgevingswet. Beeldtekst: Implementatiedag Omgevingswet. Marjolein Jansen, directeur-generaal:)

RUSTIGE MUZIEK

MARJOLEIN JANSEN: Niet alle seinen staan op groen.
Dan zouden we hier eigenlijk nu al de taart aansnijden
en met elkaar zeggen: het feestje is gevierd.
Het blijft hard werken.
Dus op 1 januari, als we zeggen 'het is verantwoord om in werking te treden',
start eigenlijk een heel langjarig implementatietraject,
blijven we doorontwikkelen, blijven we afbouwen.
Dus op jouw vraag: waar staan we?
Het voelt wel als aan de vooravond van een spannende beslissing,
met ook een zware last op de schouders.
Tenminste, ik voel de last van jullie allen om het juiste te doen op mijn schouders.

(In groepjes voeren de aanwezigen activiteiten uit, zoals het spelen van een groot bordspel dat op de grond ligt.)

DE RUSTIGE MUZIEK SPEELT VERDER

JANSEN: Deze rol is mooi,
omdat hij voor mij heel erg de samenbinding is van mijn ervaring.
Enerzijds ooit als vergunningverlener en handhaver begonnen
in het Wet milieubeheer-domein, later veel bestuurlijke rollen in het onderwijs.
En zo voelt het voor mij ook dat die werelden bij elkaar komen.
We staan aan de vooravond van de implementatie van een grote Omgevingswet,
die heel veel vraagstukken rond het fysieke leefomgevingsdomein bij elkaar brengt
en tegelijkertijd ook aan de vooravond van nieuw leren.
We weten nog niet precies zeker of het allemaal werkt, of we het allemaal kunnen.
Die twee werelden komen wat mij betreft nu bij elkaar op inhoud
en ook op proces met mensen.
Want we spreken veel over de Omgevingswet
en over het Digitaal Stelsel, maar dat is het niet.
De Omgevingswet is een uitvoeringsagenda met mensen, door mensen,
die met elkaar aan het oefenen en het proberen zijn.
Voor mij is de Omgevingswet er niet alleen voor mezelf, maar voor iedereen.
Naar Jules Deelder: ik maak me geen enkele illusie, maar ik blijf optimist.

(Het logo van Aan de slag met de Omgevingswet. Beeldtekst: www.aandeslagmetdeomgevingswet.nl. Het programma Aan de slag met de Omgevingswet is een initiatief van de VNG, het IPO, de UvW en het Rijk.)

DE RUSTIGE MUZIEK STOPT

We moeten nadenken over hoe we de schaarse ruimte in Nederland gaan inrichten.

Zijn we de echte bedoeling van de Omgevingswet uit het oog verloren?

‘Daar lijkt het soms wel op. In de discussies voert het digitale stelsel, het DSO, de boventoon en sneeuwen de andere zaken onder. ‘Het systeem doet het niet’ hoor je dan. Ik wil graag duidelijk maken dat het DSO een hulpmiddel is, weliswaar belangrijk, maar niet het enige. Het gaat om een volledige wijziging van het stelsel waarmee we onze leefomgeving inrichten en hoe we de beleidsafwegingen maken en de regelgeving toepassen. En het gaat om de mensen die in dat stelsel allemaal samenwerken in verschillende domeinen en bij de verschillende overheden en bedrijven aan een – uiteindelijk – mooier Nederland. Daar doen we het voor!’

In mijn ogen hebben we de Omgevingswet nodig om deze opgaven voortvarend aan te kunnen pakken.

‘We moeten langjarig en integraal nadenken over hoe we de schaarse ruimte in ons land gaan inrichten. Met alle opgaven die er zijn zoals de klimaatcrisis, het (grond)watervraagstuk, woningen die gebouwd moeten worden en de energietransitie. In mijn ogen hebben we de Omgevingswet nodig om deze opgaven voortvarend aan te kunnen pakken. En ja, eigenlijk hadden we hem vijf jaar geleden al moeten hebben.’ 

Hoe kijkt u naar het proces van inwerkingtreding?

‘We zijn nog nooit zo dicht bij inwerkingtreding van de Omgevingswet geweest. Het is voor velen een domper dat de inwerkingtreding op 1 januari is uitgesteld. Anderen zijn opgelucht dat er nu iets meer ruimte ontstaat om meer te oefenen en alles in te regelen.  We gaan er alles aan doen om de extra tijd goed te besteden en bevoegd gezagen te helpen zodat er straks voldoende vertrouwen is om daadwerkelijk volgens de Omgevingswet te gaan werken. Ik heb er vertrouwen in dat we 1 juli echt van de kant kunnen.’

‘Ik zie een parallel met het onderwijs, waar ik werkte in het maritiem mbo-onderwijs. Voordat de jongeren daar met hun diploma starten bij hun eerste baan, dus aan boord van een schip, oefenen ze in simulatoren en lopen ze stage. Daarna begint pas het echte werk. Dat is spannend, want ze moeten dan vertrouwen op zichzelf en de tools die ze vanuit hun opleiding meenemen. Ze hebben wel al enige kennis, maar verder stappen ze in het onbekende. Ook wij weten nu niet precies wat we tegenkomen bij de implementatie. We hebben wel geoefend op situaties en weten dat er zaken minder goed kunnen gaan, maar wat en wanneer precies niet. Wij zijn in dit verband bij de Omgevingswet straks allemaal beginnend beroepsbeoefenaren, maar we doen dit met een zo goed mogelijke uitrusting. In deze fase wordt veel in simulatie geoefend met werkplaatsen en workshops. Bij inwerkingtreding begint het echte werk.’ 

De spreekwoordelijke trossen losgooien en van de kant komen.

‘Ik vind het belangrijk dat leerlingen fouten kunnen maken om van te leren. Dat is hier niet anders. Wij zullen na de inwerkingtreding van de Omgevingswet ook fouten maken en ervan leren om het beter te maken en niet om naar elkaar te wijzen. Natuurlijk moet het wel verantwoord zijn. Maar de beste leerervaring krijg je door het gewoon te doen. De spreekwoordelijke trossen losgooien en van de kant komen.’ 

Wat is de komende tijd uw grootste uitdaging?

‘De twee werelden, die van de bestuurlijk politieke besluitvorming en van de uitvoering, bij elkaar brengen. Ik zie het als mijn rol om de stem van de uitvoering, dus de mensen die werken bij gemeenten, provincies en waterschappen, te laten doorklinken in mijn adviezen. Tegelijkertijd moeten we de verwachtingen van inwoners en bedrijven managen en ook zorgen dat de wet, die breed door beide Kamers is aangenomen inwerking kan zodat we ook kunnen doorontwikkelen. We staan nu al geruime tijd stil en dat kunnen we ook niet te lang laten voortduren.

Het eerlijke verhaal is dat het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO), en daarmee de belofte aan de burger, nog niet optimaal is en de belofte van de Omgevingswet dus ook niet gelijk waargemaakt wordt. Want helaas is voor die inwoner vanaf inwerkingtreding nog niet met één druk op de knop zijn vergunningaanvraag geregeld.  We kunnen na inwerkingtreding weer verder met het ontwikkelen van zowel de wetgeving alsook de digitale systemen om deze gebruiksvriendelijker en completer te maken. En gemeenten, die het eerste aanspreekpunt zijn voor de inwoners en bedrijven als het Omgevingsloket niet de gewenste informatie toont, moeten het gevoel hebben dat ze voldoende zijn uitgerust om te communiceren.

Interview met Marjolein Jansen tijdens de 8e Implementatiedag

Welke concrete ondersteuning krijgen gemeenten?

‘Er is natuurlijk het Informatiepunt Leefomgeving (IPLO) waar medewerkers van overheden en bedrijven met hun vragen terecht kunnen bij de helpdesk. En op de website kunnen zij veel informatie vinden over allerlei aspecten van de Omgevingswet en het DSO inclusief het Omgevingsloket. Initiatiefnemers met vragen over het DSO kunnen hier ook terecht.

Voor medewerkers van het Klantcontactcentrum (KCC) en andere frontofficemedewerkers organiseren we sessies waarin de werking van het loket en uitleg over het proces van de vraagafhandeling aan bod komt. In die sessies wordt duidelijk hoe het loket is opgebouwd en hoe de medewerkers initiatiefnemers kunnen helpen. In het digitale Omgevingsloket zelf komt bij elk scherm een helpbutton waar gebruikers direct informatie, uitleg of ondersteuning kunnen vinden.

De bestaande helpdesks voor bedrijven - zoals bijvoorbeeld ondernemersplein en Kamer van Koophandel (KvK) - faciliteren we om vragen over de Omgevingswet te kunnen beantwoorden over de Rijksregels. Vragen over de lokale situatie kunnen alleen lokaal worden beantwoord. Er is hulp beschikbaar voor het maken van toepasbare regels en vragenbomen.

Verder zijn er klikdemo’s, functiegerichte sessies in het DSO en werkplaatsen. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en het programma Aan de slag met de Omgevingswet ondersteunen en faciliteren ketenpartners in de regio met verschillende werkplaatsen. Zo zijn er allerlei manieren waarop we de gemeenten zo goed mogelijk proberen te ondersteunen. Nu en na inwerkingtreding van de wet.’

De hamvraag: gaat de Omgevingswet nu echt in werking treden op 1 juli 2023?

‘Alle bestuurlijke partners en de koepels van het bedrijfsleven staan nog steeds volledig achter nut en noodzaak van de Omgevingswet en willen geen langdurig uitstel. Het spannende is of naast alle acties die de bevoegde gezagen en het programma uitvoeren het politiek-bestuurlijke traject dat doorlopen moet worden, gaat passen in de planning. Ik heb heel goed gehoord in de verschillende gesprekken dat de uitvoering voldoende tijd nodig heeft na het slaan van het Koninklijk Besluit om een zorgvuldige invoering te kunnen vormgeven. Dat betekent dat we tijdig het hele parlementaire proces afgerond moeten hebben met Tweede en Eerste Kamer.’

‘De invoering van de Omgevingswet is niet klaar na de datum van inwerkingtreding. Het blijft bouwen en verbouwen aan het stelsel van de wet en de ondersteunende systemen om deze steeds met de vraag van de tijd te laten aansluiten. Ik geloof daarbij in de kracht van de mensen in de uitvoering. Ik mag gelukkig veel mensen spreken en ontmoeten, zoals tijdens de Implementatiedag en tijdens werkbezoeken. Ik zie hoe hard zij allemaal werken om te leren, te implementeren en tegelijkertijd alle taken die gewoon door moeten gaan, uit te voeren.’

‘Het komt niet zo vaak voor in je loopbaan dat je op het kantelpunt staat van een impactvolle beslissing. Het lonkend perspectief van een Omgevingswet is er een dat al jaren geleden tijdens mijn studie speelde. Ik heb destijds een citaat van Jules Deelder gebruikt dat ik nu nog steeds treffend vind voor het programma Aan de slag met de Omgevingswet: ‘Ik maak me geen illusies, maar ik blijf optimist’. Ik heb vertrouwen in de mensen die dit laten werken.’ 

Lees het sfeerverslag

Lees het uitgebreide verslag in deze Kwartslag en bekijk de korte sfeerimpressie van de 8e live Implementatiedag Omgevingswet op 27 september 2022.

Zie ook

Lees de berichten van de koepels van gemeenten, provincies en waterschappen en van programma Aan de slag naar aanleiding van het voorstel de Omgevingswet met zes maanden uit te stellen:

Bekijk ook de keynote van minister De Jonge tijdens de Implementatiedag Omgevingswet op 26 september 2022. ’Met elkaar leggen we het fundament voor de uitvoering van een mammoetprogramma, waarvan de mensen in het land echt de vruchten gaan plukken.'